Direct naar de content
Dit artikel wordt u aangeboden door a.s.r.
De redactie van Het Financieele Dagblad draagt voor deze inhoud geen verantwoordelijkheid.

‘Werkgever, ga nú aan de slag met de Wtp’

Veel werkgevers wachten nog met de overstap naar de Wet toekomst pensioenen (Wtp). Ze vinden het complex, lastig en ‘nog ver weg’. Gevaarlijk, waarschuwen Rosa d’Adelhart Toorop van VNO-NCW en Folkert Pama van a.s.r. in een tweegesprek. ‘De wet ís er. Stel je de overstap te lang uit, dan riskeer je straks haastwerk. Terwijl de Wtp het zoveel helderder maakt, en leuker.’ 

Rosa d’Adelhart Toorop, beleidssecretaris Pensioenen bij VNO-NCW en MKB-Nederland en Folkert Pama, directeur Pensioenen bij a.s.r.

De Wtp markeert een fundamentele verschuiving in het pensioenlandschap. Hoewel veel werkgevers in de afgelopen jaren al zijn overgestapt op beschikbare premieregelingen (defined contribution), vormden regelingen waarbij de pensioenuitkering vast ligt (defined benefit) nog steeds een belangrijk onderdeel van het Nederlandse pensioenstelsel. Met de Wtp komt hier definitief verandering in: vanaf uiterlijk 2028 ligt voor alle pensioenregelingen de inleg vast en is de pensioenuitkering direct afhankelijk van het behaalde beleggingsrendement. Deze nieuwe opzet moet beter aansluiten bij de wensen van nu: een flexibeler, persoonlijker en toekomstbestendiger pensioen.

Een broodnodige modernisering, vinden Rosa d’Adelhart Toorop, beleidssecretaris Pensioenen bij VNO-NCW en MKB-Nederland en Folkert Pama, directeur Pensioenen bij a.s.r. Beiden hebben een dringende oproep aan werkgevers: stel je overstap niet uit, want dan riskeer je straks haastwerk en sta je achteraan in de rij bij de adviseur. De grootste uitdaging is dan ook niet de wet of de administratie zelf, maar tijdig besluiten om de overstap te maken. 

Allereerst: hoe beoordelen jullie het nieuwe pensioenstelsel? 

D’Adelhart Toorop: ‘Ik geef het een 8,5. Het is niet honderd procent wat werkgevers hadden gewild, maar dat is de realiteit van de polder: alle partijen hebben hun eigen wensen en prioriteiten. De vakbeweging wil dit, wij willen dat; samen kom je ergens in het midden uit. Maar vooral is het nieuwe stelsel eerlijker en toekomstbestendiger. De oude situatie was niet houdbaar.’ 

Ik snap de keuze voor een beschikbare premieregeling en het eerlijkere systeem heel goed; wij werken al jaren zo

Folkert Pama
Directeur Pensioenen bij a.s.r.

Pama: ‘Ik snap de keuze voor een beschikbare premieregeling en het eerlijkere systeem heel goed; wij werken al jaren zo. We hebben de systemen én de ervaring om werkgevers en werknemers in dit model te begeleiden. Dat maakt de overgang voor onze klanten een stuk overzichtelijker. Maar eerlijk gezegd: voor ons als verzekeraar en premiepensioeninstelling (PPI) betekent deze wet vooral meer gedoe vanwege alle ophef, regelgeving en deadlines. Zo moeten alle werkgevers die al een DC-regeling hebben, deze aanpassen. Ik geef het nieuwe pensioenstelsel een 7. De wet ligt er; laten we er het beste van maken.’ 

Is die overgang echt zo ingrijpend?  

Pama: ‘Voor pensioenfondsen en werkgevers die daarbij zijn aangesloten wel. Maar voor verzekeraars en PPI’s, zoals a.s.r., is de werkwijze van de Wtp eigenlijk niet nieuw. Wij werken al jarenlang met een systeem waarin werknemers individueel premie inleggen en de uiteindelijke uitkering afhangt van het rendement van de beleggingen.’ 

D’Adelhart Toorop: ‘Bij verzekeraars en PPI’s was eerder misschien een kleine beurt nodig, maar geen grote. De echte noodzaak voor verandering zat bij de pensioenfondsen, waar het oude stelsel niet langer houdbaar was. Ook daar wordt het nu eerlijker. En vooral: houdbaar.’​ 

Wat vinden jullie van de motie van NSC en BBB? Zij vragen alsnog om een referendum over het invaren; het overdragen van de huidige pensioenrechten en -afspraken naar het nieuwe stelsel.  

D’Adelhart Toorop: ‘Wat er gebeurt, vind ik echt onbehoorlijk. Dit voorstel komt veel te laat en is niet uitvoerbaar. Maar het allerbelangrijkste: het is slecht voor de pensioenen van alle mensen bij pensioenfondsen. Het zorgt voor onrust en vertraging, terwijl we juist duidelijkheid en vaart nodig hebben.’​ 

Pama: ‘Ik ben in de basis al geen voorstander van referenda; die zijn vaak vooral een instrument van tegenstanders. Dit voorstel veroorzaakt onzekerheid en is voor veel werkgevers een reden om nog even niets te doen. Dat helpt niemand. De wet ís er, laten we er gewoon mee aan de slag gaan.’​ 

Als je te laat begint met het adviestraject sta je richting 2027 achteraan bij de adviseur

Rosa d’Adelhart Toorop
Beleidssecretaris Pensioenen bij VNO-NCW en MKB-Nederland

Uiterlijk op 1 januari 2028 moeten alle werkgevers over zijn op het nieuwe stelsel. Ontstaat er al momentum? 

D’Adelhart Toorop: ‘Grote werkgevers zijn al goed in beweging, maar veel kleinere bedrijven nog niet. Dat is zorgelijk, want als je te laat begint met het adviestraject sta je richting 2027 achteraan bij de adviseur. Want daar voorzien we nu al een fors capaciteitsprobleem.’​  

Pama: ‘Dat zie ik ook. Veel mkb-ondernemers zien pensioen vooral als kostenpost of administratief gedoe, terwijl het eigenlijk een van de belangrijkste arbeidsvoorwaarden is.’ 

Pensioen leeft wel degelijk. Mensen willen weten wat er met hun geld gebeurt

Folkert Pama
Directeur Pensioenen bij a.s.r. 

Staat pensioen ook bij werknemers al op de agenda? 

Pama: ‘Dat begint te komen. Bij ons kijkt meer dan 75 procent van de deelnemers minimaal één keer per jaar in hun pensioenportaal. En in het Nationaal Pensioenregister, op Mijnpensioenoverzicht.nl, zijn jaarlijks inmiddels meer dan acht miljoen inlogs. Pensioen leeft dus wel degelijk. Mensen willen weten wat er met hun geld gebeurt.’​ 

D’Adelhart Toorop: ‘Wat ik heel goed vind, is dat werknemers in het nieuwe stelsel meer invloed kunnen krijgen op hun beleggingen. Vooral jongere generaties zijn betrokken omdat zij bepaalde maatschappelijke verwachtingen hebben van hoe hun pensioengeld belegd wordt: eigen keuzevrijheid stimuleert ze om eerder in actie te komen. Daar kun je als werkgever ook allemaal maatwerk voor leveren en bijvoorbeeld duurzamere of ESG-profielen tegenoverzetten om uit te kiezen. Ik vind dat heel positief.’ 

Beseffen werknemers voldoende de waarde van hun pensioenregeling? 

Pama: ‘Nog niet, en dat is precies waar de Wtp een grote stap vooruit betekent. Pensioen is na salaris vaak de duurste arbeidsvoorwaarde en dat wordt straks veel zichtbaarder: in je pensioenregeling zie je als werknemer direct wat je werkgever in jouw pensioenpot stort. Gemiddeld ligt deze bijdrage tussen de 15 en 25 procent van je brutosalaris. Bij een modaal inkomen van 3.500 euro per maand komt dat neer op een werkgeversbijdrage van 525 tot 875 euro per maand, oftewel 6.300 tot 10.500 euro per jaar. Ik vermoed dat werknemers de pensioenregeling hierdoor meer zullen waarderen.’​ 

D’Adelhart Toorop: ‘Dat besef maakt echt verschil. We zien dat werkgevers die dit actief communiceren, veel meer betrokkenheid en waardering krijgen van hun werknemers. Als je je medewerkers laat zien dat je jaarlijks duizenden euro’s extra voor ze opzijzet, gaan ze er met andere ogen naar kijken.’​ 

Veel mensen zijn bezorgd dat hun pensioen straks lager uitvalt. Hoe kijken jullie daarnaar? 

D’Adelhart Toorop: ‘Ik verwacht dat ze juist hoger zullen zijn. De meeste pensioenfondsen hebben in hun plannen vastgelegd dat ze alleen invaren als de dekkingsgraad voldoende is om de pensioenen minstens stabiel te houden of liever nog te verhogen. Op dit moment zijn die dekkingsgraden goed. En mocht de economie omslaan of de rente dalen, dan wordt dat opnieuw beoordeeld. Er zit een soort noodrem in het systeem die voorkomt dat mensen er zomaar op achteruitgaan.’​ 

Pama: ‘Het is ook onze verwachting dat pensioenen in het nieuwe stelsel op de lange termijn hoger zullen zijn. Bij sommige regelingen blijft het mogelijk om vanaf vijftien jaar vóór de AOW-leeftijd voor een gegarandeerd pensioen te kiezen. Maar die garantie heeft dan wel een prijskaartje. Bovendien biedt het nieuwe stelsel meer flexibiliteit – dus meer keuzes voor de deelnemer – en meer transparantie. Je ziet als deelnemer beter hoe je pensioen is opgebouwd en hoe het rendeert. Dat zorgt ervoor dat mensen niet alleen passief afwachten, maar ook bewuster omgaan met hun oudedagsvoorziening.’​ 

Wat je niet wilt, is dat de piek in 2027 komt en iedereen tegelijk moet overstappen

Rosa d’Adelhart Toorop
Beleidssecretaris Pensioenen bij VNO-NCW en MKB-Nederland

Toch schuiven veel werkgevers de overstap voor zich uit. Gevaarlijk? 

D’Adelhart Toorop: ‘Absoluut. Wat je niet wilt, is dat de piek in 2027 komt en iedereen tegelijk moet overstappen. Dan krijg je tekorten aan pensioenadviescapaciteit en loop je als werkgever het risico dat je niet de regeling kunt samenstellen die je echt wilt. Dat zou zonde zijn.’​ 

Pama: ‘Wat Rosa aangeeft, vertellen wij ook aan onze klanten: begin op tijd. Veel werkgevers regelen hun pensioenregeling meestal via een adviseur. Als je niets doet en 2027 afwacht, is de kans groot dat er geen adviseur meer beschikbaar is. Vooral voor mkb-bedrijven zonder HR-afdeling is dat riskant. Juist díe bedrijven moeten nu in actie komen, anders komen ze straks in de knel.’​ 

We hebben nu 14 tot 20 procent van onze klantenportefeuille volledig Wtp-proof. In dit tempo halen we de deadline niet

Folkert Pama
Directeur Pensioenen bij a.s.r. 

Halen we in dit tempo de deadline? 

Pama: ‘Ik vrees van niet. We zijn anderhalf jaar bezig en hebben nu 14 tot 20 procent van onze klantenportefeuille volledig Wtp-proof. Dat is een goede start, maar in dit tempo gaan we het niet redden. We moeten echt opschalen. Daarom zeg ik tegen werkgevers: begin er nu echt aan, stel niet langer uit! Dit is niet alleen een administratieve wijziging, het raakt ook je relatie met je werknemers en hun financiële gezondheid.’​ 

Lig je daar wakker van? 

Pama: ‘Niet letterlijk. Wij als verzekeraar zijn vertrouwd met dit systeem en hebben de kennis en middelen om werkgevers en werknemers te begeleiden. Maar ik maak me wél zorgen om de bedrijven die nog niets hebben gedaan. Die komen straks in tijdnood en dat kan bij hen zeker voor slapeloze nachten zorgen. Als een werkgever zijn pensioenregeling niet op tijd aanpast, mogen wij als uitvoerder de regeling niet meer uitvoeren. Die boodschap wil je niet brengen aan je werknemers.’​ 

Wanneer je als werkgever al een verzekerde regeling hebt, kun je gewoon naar je pensioenadviseur gaan en zeggen: “We gaan aan de slag”

Rosa d’Adelhart Toorop
Beleidssecretaris Pensioenen bij VNO-NCW en MKB-Nederland

Hoe helpen pensioenaanbieders de werkgevers bij die overgang? 

Pama: ‘Bij a.s.r. hebben we een tool waarmee werkgevers samen met hun adviseurs precies kunnen zien wat de impact van de nieuwe regeling is. Alle data van hun huidige pensioenregeling staat erin, en ze kunnen direct berekenen hoe de nieuwe regeling financieel uitpakt, inclusief de kosten en eventuele compensatie. Dat maakt het makkelijker om samen met de adviseur onderbouwde keuzes te maken. Daarnaast ondersteunen we werkgevers bij hun communicatie richting de ondernemingsraad en werknemers, zodat ze dit proces niet alleen hoeven te doorlopen.’​ 

D’Adelhart Toorop: ‘Wanneer je als werkgever al een pensioenregeling hebt bij een verzekeraar of PPI, kun je gewoon naar je pensioenadviseur gaan en zeggen: “We gaan aan de slag”. Als je wilt, kan die pensioenadviseur je stap voor stap begeleiden. Wil jij tot in detail weten hoe het werkt onder de motorkap, of zeg je liever “Joh, ontzorg mij”. Beide kan.’ 

Helpen jullie werknemers ook in dit proces? 

Pama: ‘We bieden een digitale omgeving waarin zij realtime hun pensioenopbouw kunnen volgen. Daarnaast activeren we deelnemers om keuzes te maken, bijvoorbeeld met webinars, pensioenquizzen, persoonlijke deelnemerssessies en acties op de werkvloer. En dat werkt, ruim 75 procent logt jaarlijks in op hun digitale omgeving. Zo maken we pensioen tastbaar en begrijpelijk, mede met het oog op de Wtp.’​ 

D’Adelhart Toorop: ‘Dat soort initiatieven zijn ontzettend belangrijk. Werknemers moeten niet pas over hun pensioen nadenken als ze bijna met pensioen gaan. Als onderdeel van goed werkgeverschap kun je werknemers nu al meenemen in de veranderingen en vergroot je naast hun kennis ook de waardering voor wat je als werkgever voor ze doet.’​ 

Samenvattend: wat is jullie boodschap aan werkgevers? 

D’Adelhart Toorop: ‘Niet wachten, gewoon starten! De deadline van 1 januari 2028 lijkt ver weg, maar de tijd vliegt. Als je pas in 2027 begint, ben je te laat.’  

Pama: ‘Een pensioenregeling aanbieden is een mooi onderdeel van goed werkgeverschap en voor je mensen zorgen. De Wtp biedt kansen om niet alleen je pensioenregeling te verbeteren, maar ook je secundaire arbeidsvoorwaarden – dus ook een kans om nieuw personeel aan te trekken. En het kan helpen de betrokkenheid van je werknemers te vergroten. Pensioen wordt transparanter, flexibeler en persoonlijker. Daar kunnen werkgevers hun voordeel mee doen – als ze nú aan de slag gaan.’ 

Rosa d'Adelhart Toorop (1995)

D’Adelhart Toorop studeerde Fiscaal Recht aan de Universiteit van Amsterdam en werkte daarna als pensioenadviseur bij PwC, waar zij zich dankzij haar vakkennis en met sterke politieke betrokkenheid ontwikkelde tot een gewaardeerd deskundige op het gebied van pensioenbeleid. Sinds 2024 is zij beleidssecretaris pensioenen bij VNO-NCW en MKB-Nederland.

Folkert Pama (1970)

Pama studeerde Bedrijfseconomie aan de Hanzehogeschool Groningen en deed in de avonduren een opleiding tot actuarieel rekenaar en analist aan het Actuarieel Instituut. Daarna werkte hij onder meer bij Beon Pensioen- en Vermogensbeheer, ABN AMRO, Delta Lloyd en als oprichter en directeur van premiepensioeninstelling BeFrank. Sinds 2016 is hij directeur Pensioenen bij a.s.r..

Altijd een pensioen dat past bij jouw bedrijf

Als je je als werkgever nu verdiept in de Wet toekomst pensioenen, kun je later zorgen voor een pensioenregeling die past bij jou en je werknemers. Zo draag je altijd bij aan een financieel fit en vitaal Nederland. Met een pensioenregeling van a.s.r. investeer je niet alleen in de financiële fitheid van je medewerkers, maar ook in hun mentale en fysieke welzijn met diensten als a.s.r. Vitality.

Deel op social media