‘De mogelijkheden van AI in de zorg lijken eindeloos’
Prof. Dr. Bart Berden, bestuursvoorzitter van het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis, is enthousiast over de mogelijkheden die AI biedt voor de zorg. Maar hij is ook realistisch. ‘AI mainstream krijgen is een kwestie van vallen en opstaan.
De zorg houdbaar houden. Dat is wat Prof. Dr. Bart Berden mateloos fascineert. Berden studeerde in 1986 af als arts en promoveerde in 1993 cum laude aan de Universiteit Utrecht op het thema reanimatie. Hij werkte daarna vooral in bestuursfuncties in de zorg waaronder het Nederlands Huisartsengenootschap, Radboudumc en het toenmalige St. Elisabeth Ziekenhuis in Tilburg. ‘Ik vind het plezieriger om de zorg van een afstand te beschouwen dan dat ik er echt ín zit. Ik ben meer een generalist.’ In 2013 werd Berden bestuursvoorzitter van het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis (ETZ). Berden was ruim tien jaar deeltijdhoogleraar aan de TIAS Business School van Tilburg University met als leerstoel ‘Organisation Development in Hospital Care’. Momenteel is hij hoogleraar Organisatie Ziekenhuiszorg aan IQ healthcare van de Radboud Universiteit. Kortom: Berden is iemand die weet waar hij het over heeft als het gaat om de organisatie van de ziekenhuiszorg.
De zorg kampt met een groot personeelstekort. Hoe nijpend Is dit probleem bij ETZ?
‘Nijpend. En dat tekort wordt alleen maar groter. Niet alleen zijn er te weinig mensen, ook neemt de zorgvraag toe. Dat samen maakt dat de zorg in Nederland in hoog tempo vastloopt. De grootste personeelstekorten zien we op die afdelingen waar kritische zorg nodig is. Denk aan de Intensive Care en de OK. Dit zijn helaas ook voorzieningen die je niet zo makkelijk kunt uitkleden.’
Hoe lossen jullie dit op?
‘Door te kijken naar zorg die geen of weinig waarde toevoegt, wél capaciteit kost en die we kunnen schrappen. Zo blijkt er bijvoorbeeld nog veel winst te behalen door het schrappen van ligdagen die niet nodig zijn, zelfs op de IC. Daarom hebben we nu in samenwerking met Radboudumc vijftig zogenaamde consultatief IC-verpleegkundigen opgeleid. Deze blijven gemiddeld vier uur na de OK op de reguliere verpleegafdeling bij een patiënt en beoordelen of deze op de IC moet worden opgenomen of niet. Hierdoor komt eenderde minder patiënten op de IC terecht omdat opname op de IC niet nodig blijkt te zijn en geen waarde toevoegt. Daarnaast kan AI een rol van betekenis spelen. De zorg beschikt over een enorme hoeveelheid data, maar die gebruiken we vooralsnog veel te weinig. Daar valt nog heel veel winst te behalen. En niet alleen als het gaat om het verminderen van de personeelsdruk.’
Zet ETZ AI op dit moment al in?
’Ja, we zetten het nu vooral in om data te classificeren en op basis daarvan patronen te herkennen. Die kunnen we dan weer gebruiken voor modellen die bijvoorbeeld voorspellen wat het verloop is van een ziekte bij een bepaalde patiënt. Neem een patiënt die hier binnenkomt na een hartstilstand en reanimatie. Als we gegevens hebben van deze patiënt, zoals leeftijd, gewicht, bloeddruk, bloedwaarden, andere aandoeningen enzovoorts, dan kunnen we met slimme algoritmes ook berekenen hoeveel procent kans deze patiënt heeft op functioneel herstel. Stel dat dit minder dan één procent is, dan kun je hierover een goed gesprek voeren met naasten. Maar ook zetten we dit soort predictieve AI-modellen in om bijvoorbeeld te beoordelen of een patiënt op de IC wel of niet van de beademing af mag. Philips heeft hiervoor, samen met ons, een slim AI-apparaatje ontwikkeld dat onder meer de ademfrequentie van de patiënt meet en dat combineert met andere data over de patiënt.’
Maakt het ETZ ook gebruik van AI om bijvoorbeeld geschreven teksten te genereren?
‘Absoluut. Over de zogenaamde generatieve AI ben ik heel enthousiast. Het biedt veel mogelijkheden om het werk van zorgverleners leuker en makkelijker te maken. Zo weten we dat onze circa 700 behandelaars wekelijks zo’n 2.000 berichten van patiënten ontvangen. En die aantallen nemen alleen maar toe. Per behandelaar kost dat een half uur per week, ofwel een werkweek per jaar. We hebben nu net een AI-tool gebouwd die alvast conceptantwoorden op deze vragen formuleert. De behandelaar kan hiermee veel sneller uit de voeten, zo is het idee. Dat blijkt ook uit de eerste proof of concept. Die is uiterst veelbelovend. We voeren dit nu geleidelijk aan in.’
Lopen er meer van dit soort initiatieven bij ETZ?
‘Ja, er draaien verschillende pilots. Bijvoorbeeld om AI in te zetten om ontslagbrieven voor patiënten te schrijven. Ook dit zijn voorstellen voor teksten die behandelaars kunnen gebruiken en die hen veel werk kunnen besparen. Daarnaast zijn we bezig om ambient listening in te zetten. Dat wil zeggen dat een AI-tool meeluistert met een gesprek tussen arts en patiënt en hier bijvoorbeeld een samenvatting van maakt of mogelijke conclusies suggereert aan de behandelaar naar aanleiding van termen als ‘pijn op de borst’, ‘duizelig’ of ‘kortademig’. Na de zomer moet dit operationeel zijn. De arts kan hierdoor beter focussen op zijn gesprek met de patiënt en hoeft intussen geen aantekeningen te maken. Ik ben echt onder de indruk van de resultaten die we hiermee boeken.’
Hoe belangrijk is samenwerking voor de implementatie van AI?
‘Enorm belangrijk. Hoe meer data we hebben, hoe beter. En dus moeten zorgpartijen de handen ineenslaan en hun data met elkaar delen. Dat doen we ook al. Ook werken we samen met marktpartijen als Philips. Wij geven aan waar onze behoefte ligt op het gebied van slimme machines en apparaten, maar ook testen we door Philips ontwikkelde slimme instrumenten in de praktijk. Daarnaast werken we samen met universiteiten en hogescholen omdat zij natuurlijk als geen ander beschikken over de nieuwste kennis op het gebied van AI. Maar ook werken we met hen omdat we al onze ruim 6000 medewerkers een onderwijsprogramma willen aanbieden waarmee ze kennismaken met de mogelijkheden van AI en hiermee leren omgaan.’
Bestaat er koudwatervrees bij medewerkers voor AI?
‘De adoptie gaat verrassend makkelijk. Met name de professionals zijn heel enthousiast. Ze zien en voelen de mogelijkheden. We hebben nu ook een groepje van zes zogenaamde digitale dokters geformeerd die AI interessant vinden en die met andere professionals in de organisatie praten over de mogelijkheden ervan. Zij zijn niet alleen ambassadeurs, maar staan midden in de praktijk, werken actief mee en geven adviezen aan ons als bestuur over waar op de afdelingen AI behulpzaam kan zijn.’
Hoe belangrijk is de rol van het bestuur bij het adopteren van AI binnen de organisatie?
‘Door en voor de professional is ons uitgangspunt. Wij als bestuur bieden zichtbare steun waarbij je onze rol ook niet moet overdrijven. Als bestuur moet je uiteraard je ogen en oren open hebben zodat je weet wat zich afspeelt in de wereld om je heen. Daarin kun en moet je zichtbare keuzes maken. Bijvoorbeeld op het gebied van AI. Als team doen wij dat ook. En dan helpt het natuurlijk ook als een bestuurder zelf enige affiniteit heeft met het onderwerp en hier de mogelijkheden van ziet voor zijn mensen en organisatie.’
Hoe snel denkt u dat AI-oplossingen de zorg substantieel kunnen ontlasten en verbeteren?
‘Nou, daar gaan echt nog wel wat jaren overheen. Zoals bij zoveel belangrijke en veelbelovende technologieën het geval is geweest, is het ook voor AI uiterst ingewikkeld om deze snel breed geïmplementeerd te krijgen. Dat is een weg van vallen en opstaan. Het kost altijd veel meer tijd dan je denkt, want de belangen zijn zeer verdeeld. Iedereen trekt aan dezelfde touwtjes. Ondernemers, de politiek, vakbonden, noem maar op. Alle partijen vinden er iets van. Maar ondanks alles denk ik dat er grote mogelijkheden zijn voor met name de faciliterende AI. Die transitie is nu net van start gegaan. Zoals ik eerder al zei, hebben de eerste pilots hun vruchten bij ons al afgeworpen. Ook denk ik dat de oplopende schaarste van personeel en dreigende rantsoenering van zorg ons tot versnelling dwingt.’
Tot slot. Wat is uw ambitie op het gebied van AI?
‘Wij als ETZ willen hierin graag vooroplopen. We omarmen van harte nieuwe AI-initiatieven. Maar makkelijk is dat niet. Het kost moeite om het goed werkend en geadopteerd te krijgen. Niet alleen door medewerkers, ook door patiënten. Toch zie ik ongekende mogelijkheden. Want denk alleen al aan de toegevoegde waarde die AI kan bieden in het voorportaal van de eerste hulp. Mensen kunnen hun gegevens en klachten digitaal doorgeven en AI herkent meteen een aantal patronen en kan ook meteen een dossier opstellen voor artsen op de eerste hulp. De vraag is zelfs of de patiënt al naar de eerste hulp toe moet. Veel gevallen kunnen ook thuis worden geadviseerd over wat te doen. De mogelijkheden van AI in de zorg zijn groot en lijken eindeloos. Maar we hebben ook te maken met privacywetgeving, mogelijke weerstand tegen de adoptie ervan en politieke en sociale belangen. Vooralsnog zijn klanten en cliënten doorgaans niet blij als ze een chatbot aan de lijn krijgen. Maar misschien wel als deze écht beter worden. Nogmaals, het kost tijd. Maar AI gaat de zorg sowieso heel veel bieden.’
AI en de Philips ePatch
Philips wil met behulp van AI zorgverleners meer tijd geven om voor de patiënt te kunnen zorgen. De ePatch is een draagbare sensor die de hartactiviteit van een patiënt in de thuisomgeving registreert. Met behulp van het op AI gedreven Cardiologs-analyseplatform wordt de hartactiviteit verwerkt in een conceptrapport voor de zorgverlener. De technologie helpt bij een ‘first-time-right’ detectie van hartritmestoornissen.